Als vrijwilliger ben ik eerst begonnen met broodjes smeren. Nu loop ik hier stage als begeleider en doe ik een opleiding persoonlijk begeleider van specifieke doelgroepen. Aan cliënten vraag ik altijd: wat vind je leuk, wat wil je en wat kan je? Mijn insteek is dus positief. Wat je mankeert, dat interesseert me niet.
Ik was 18 toen mijn moeder overleed, en dat verlies was verschrikkelijk. Ik heb in die tijd enorm geworsteld met mezelf, en ben ook een tijdje opgenomen geweest in een psychiatrische instelling. Daar vertel ik altijd heel open over. Soms zijn mensen daar verbaasd over: Dat je dat allemaal vertelt! Meestal wordt mijn openheid gewaardeerd. Niet iedereen reageert er even goed op. Op psychiatrie rust toch een stigma. Sommigen vinden het eng, omdat ze het niet snappen, of omdat het heel dichtbij komt. Dat is jammer.
Mijn ervaring helpt mij om anderen te ondersteunen. Als een cliënt zegt dat hij zich rot voelt, dan begrijp ik dat ook echt. Ik snap dat hij overal tegenaan schopt; ik deed dat zelf ook toen ik het moeilijk had. Het is fijn om met iemand te praten die weet wat je doormaakt. Dat je weet dat je niet de enige bent. Maar het is ook fijn dat iemand ziet dat je meer bent dan alleen maar je diagnose. Het is mij gelukt om uit te gaan van wat ik wél kon. Dat geloof in eigen kunnen hoop ik anderen ook te geven.