In de psychiatrie willen of vragen mensen vaak geen hulp. Ik ben degene die naar ze toe gaat en contact zoekt. Dat contact maken is heel belangrijk. Zo kun je langzaam vertrouwen winnen en kijken wat voor hulp iemand nodig heeft. Op deze manier kan ik een helpende hand bieden.
Al sinds ik voor het eerst stage liep op een psychiatrische afdeling ben ik geïnteresseerd in de mensen met psychiatrische klachten. Ze zijn vaak eenzaam, hebben minder familie om zich heen, maar de behoefte om hun verhaal te doen is er nog wel. Ik wil graag meer van deze mensen weten: hun achtergrond, waarom iemand is zoals hij is, wat er in het hoofd om gaat. Zodat ik op zoek kan gaan naar manieren om het leven wat dragelijker te maken, zodat iemand zich beter kan redden.
Dit werk is heel inspirerend. Je leert zoveel verschillende mensen kennen. Zo verschillend als we zijn, we zijn allemaal gelijk als mens. Iedereen heeft zijn eigen verhaal. Daar probeer ik bij aan te sluiten. Niet door grote doelen na te streven, maar iets kleins. Een luisterend oor kan al genoeg zijn. Ik vind niet dat we een oordeel moeten hebben over mensen die anders zijn. Het is juist mooi als iemand staat voor zijn keuzes. Ik probeer daarbij aan te sluiten. Ik had pas een patiënt over wie veel mensen zich zorgen maakten. Buren gaven aan dat hij overlast veroorzaakte. Ik ben net zo lang bij hem langs geweest tot hij het contact voorzichtig accepteerde. Langzaam maar zeker hebben we weer gebouwd aan zijn netwerk. In kleine stapjes: iets van zorg, financiën, iemand die thuis de boel een beetje op orde maakte, iemand die hem hiep het huis in te richten.
Ik dwong hem nergens toe, van mij hoefde hij niets. Maar ik stond wel steeds aan zijn deur.
Soms moet je creatief zijn om iemand te kunnen bereiken.